Rob de Nijs
Wie van mijn generatie is niet opgegroeid met de liedjes van Rob de Nijs? ‘Zachtjes tikt de regen tegen ’t zolderraam; Foto van vroeger; Zet een kaars voor je raam vannacht; En het werd zomer.’ Ik hoef maar een paar woorden te horen, en zing het zo verder.
Ik ben nooit zo’n fan geweest van Rob. Maar wel van ‘Kunt u ons de weg naar Hamelen vertellen, meneer.’ Van ‘Malle Babbe’. Van ‘Jan Klaassen was trompetter in het leger van de prins’. Versjes die zich voorgoed in mijn geheugen gevestigd hebben.
De afgelopen jaren heb ik meer bewondering voor zanger Rob de Nijs gekregen. Omdat hij, broos en kwetsbaar als hij door zijn ziekte geworden was, bleef zoals hij was, en gewoon bleef zingen. ,,Veel dingen kon mijn lichaam niet meer, maar mijn stem bleef.”
Je moet het lef maar hebben, dacht ik. Aangetast door een verwoestende ziekte, met een microfoon in je bevende hand, en later in een rolstoel, het enige blijven doen waar je goed in bent: zingen en optreden.
De zichtbare ouderdom niet verbergen en de duidelijke aftakeling niet ontwijken. Het aanvaarden, met de gebreken die het voor jou met zich meebrengt. En ook met de mogelijkheden die je leven nog wel biedt. Hij wist het beste te maken van wat zijn leven sloopte.
Misschien was hij niet onze grootste zanger. Maar de grote en warme aandacht die de media aan zijn leven en overlijden hebben besteed, valt maar weinigen ten deel. Mooi hoe in deze krant Syb van der Ploeg hem als een kundig vakman en een goed mens neerzette.
In een documentaire van zeven jaar geleden blikt Rob ook terug op dingen in zijn leven die mensen afkeurden. ,,Dat ik mijn vrouw Belinda heb verlaten voor een ander, namen mensen mij kwalijk. Maar ik heb dat gedaan, dit ben ik ook. En ik ben altijd blijven geloven dat het weer goed zou worden.” Bij zijn afscheidsconcert zie je haar zitten, en eert hij haar.
Rob de Nijs is een eerlijk mens geweest. Hij heeft zich niet beter en mooier voorgedaan dat hij was, en ook niet slechter en lelijker. Hij had de moed tegenover anderen en zichzelf te zijn wie hij was. En deed, met vallen en opstaan, zijn best dat zo goed mogelijk te doen.
Even later spreekt hij eenvoudig over zijn geloof: ,,Jezus is belangrijk voor mij. Ik bad soms, ja dat is echt zo, dat de stukken er af vlogen. Het heeft me altijd kracht gegeven in alles wat me is overkomen.” Meer zegt hij er niet over.
De lieve Heer verlangt geen grote woorden, geen vlammend getuigenis, maar heeft de innige vroomheid lief. De zondag erna zingen we in onze kerk de psalm: ‘Gods verborgen omgang vinden zielen waar zijn vrees in woont.’ En moet ik zomaar aan Rob de Nijs denken.
Gepubliceerd in de Leeuwarder Courant, 29 maart 2025. (Foto Wim Beekman: Niels Westra, Leeuwarder Courant).