In Geen categorie

Van dieren leren

Onder de koffie na afloop van ons wekelijkse uur sport komt het gesprek op het houden van paarden. Daar weet ik zo goed als niets van, maar anderen des te meer. Eén van de groep vertelt dat zij thuis paarden houden en dat daar veel werk in gaat zitten.

Dagelijks voeren, de stal uitmesten, geregeld met de dieren uit rijden gaan – er is altijd wel wat met paarden te doen. ,,Moet je de hele kudde ook beleren?” vraag ik in mijn onnozelheid. ,,Natuurlijk niet allemaal tegelijk” is het antwoord, ,,veulens vanaf drie jaar worden beleerd.”

Een derde lid van onze sportclub mengt zich in het gesprek: ,,Vroeger had ik twee shetlanders. Je kunt als mens ook van je paarden leren. Mijn vader, die eveneens paarden hield, was gewend een dood veulen meteen weg te halen. Toen de veearts daar achter kwam, zei hij:

‘Dat moet je niet doen, je moet het dode dier bij de moeder laten. Dan gaat ze het besnuffelen, helemaal schoonlikken, en zal ze proberen het weer in de benen te krijgen. En als ze dan, na verloop van tijd, ontdekt dat er geen leven meer in is, gaat ze het met stro bedekken. Begraven als het ware. Dan kun je het weghalen.’

Vanaf toen heeft mijn vader jonggestorven beesten eerst een tijdje bij de moeder laten liggen. Zo kunnen wij van dieren leren hoe we onze rouw verwerken. Mijn moeder zei altijd: Geen mens is zo rijk, of hij is aan de dieren gelijk.”

Ik vertel over de jaren dat ik als dominee uitvaarten begeleidde. Hoe er families waren die hun gestorvene naar een rouwcentrum lieten brengen om opgebaard te worden. Soms kon dat niet anders. En hoe andere gezinnen hun overledene thuis, gewoon in hun midden, lieten opbaren.

Dat bijvoorbeeld kleinkinderen dan vaak vertrouwd met hun gestorven grootouder bleven omgaan. ‘Even bij oma kijken, even bij haar zitten, even een praatje boven de kist, even voorzichtig door het haar strijken nu dat nog kan.’ Zij gingen daar heel natuurlijk mee om.

,,En wat het beleren van paarden betreft, dat doen zij voor een groot deel ook zelf” vervolgde een lid van de sportgroep. ,,Paarden kun je het beste bij elkaar zetten. In een groep is er altijd een de baas en die laat de andere merken wat zij doen en laten moeten.

Dieren die van jongs af aan alleen blijven, passen zich moelijker aan. Dat worden zomaar eigenwijze en onhandelbare dieren. En zelden zijn zij geschikt voor het tuig. Zij laten zich niet snel iets gezeggen, dat hebben ze nooit geleerd.”

Wij hedendaagse mensen, opgegroeid in een individualistische tijd, zouden hier misschien ook iets van kunnen leren. Leren onszelf te voegen in het algemeen belang bijvoorbeeld. Of makkelijker iets aan te nemen van een ander. Zo nu en dan zouden we best wat meer kuddedier mogen zijn.

Gepubliceerd in de Leeuwarder Courant, 17 februari 2024. (Foto Wim Beekman: Niels Westra, Leeuwarder Courant).