In Geen categorie

Eind vorig jaar besteedde Koudum.nl aandacht aan de mestvergister die op dat moment bij het veehouderijbedrijf de familie Stokman geïnstalleerd werd en waarvan het de bedoeling was dat deze energie voor zo’n tweehonderd huizen zou gaan leveren. Deze mestvergister is eind mei in gebruik genomen en Herman Proper en Piet Broertjes brachten eind september een bezoek aan het veehouderijbedrijf van de familie Stokman. Hieronder volgt het verslag van Herman Proper.

“Eind september vorig jaar waren we hier eerder als buurtvereniging Oer it wetter te gast. Heer Stokman gaf ons een privé-excursie langs zijn gloednieuwe groengasinstallatie waarvan alle details uitvoerig werden toegelicht. Dit ondanks zijn blessure, waardoor hij op krukken liep, door een botsing met een koe! Tot onze verbazing hoorden we dat de installatie al sinds mei dit jaar in gebruik is en ook de aanvoer van mest van collegabedrijf Zonderland al twee keer per week plaatsvindt.

Geruisloos is de installatie in gebruik genomen en deze levert al een deel van onze aardgasconsumptie (ca. 37 m3 gas per uur dag en nacht) in Koudum en ook in onze buurt (‘Morraplan’). Het is een goed teken dat we tot nu toe eigenlijk nooit iets gemerkt hebben van stank of alle andere overlast waar je je ongerust over zou kunnen maken.

De vergistingsinstallatie is een indrukwekkend bouwwerk maar gelukkig niet overheersend in de omgeving. De bijbehorende ‘zeecontainer’, met daarin de gasopwerkingsinstallatie (biogas -> aardgas kwaliteit) en controle apparatuur, ziet er hightech en piekfijn uit. Het deel met de warmtepomp voor verwarming van het mestreservoir maakt ter plekke nog het meeste lawaai. De gasopwerkingsunit is geruisloos en is voor fijnproevers een voorbeeld van verfijnde techniek. Het derde deel bestaat uit alle elektra kasten en controle schermen die de procesgang duidelijk aangeven en eventuele storingen meteen melden. Last van kinderziekten heeft de installatie eigenlijk nog niet gehad.

Nog even over de producenten van de bio-grondstof. Op stal produceren ze drijfmest en in het land gaat deze verloren voor de installatie. Is dat niet een reden om ze voortaan binnen te houden? Stokman vindt dat je zo veel mogelijk de koeien zelf moet laten beslissen wat ze willen. Naar binnen of naar buiten. Gedrag van ieder dier is verschillend. Zich prettig voelen is voor de melkproductie het beste en daar gaat het om (gemiddeld 10.000 liter per koe per jaar). Om het erf zul je zo nu en dan de koeien buiten zien al naar wat het de dames belieft.

Wij waren de eerste bezoekers. Na meer bekendheid zal dit proces zeker navolging krijgen bij andere grote melkbedrijven. Het (nostalgische) plaatje van koeien verder in het land (‘bioboeren’ ) zal dan nog sporadisch te zien zijn. Het blijft aan de boer om de staldeur wel of niet open te zetten. We kregen een heel positieve indruk van wat hier met durf is ontwikkeld. Een voorbeeld van een modern bedrijf, dat aanpakt vanuit een duidelijke visie op zijn toekomst. Wij bedanken de heer Stokman voor de open en interessante rondleiding. “