In Geen categorie

Hij nam in 1979 de handschoen op toen in de ledenvergaderingen van SV Oeverzwaluwen herhaaldelijk de wens had geklonken om een clubblad. Er was de nodige scepsis in het bestuur, maar toenmalig voorzitter Louwerens Mulder stond vierkant achter het plan. Hij stelde de stencilmachine van de LTS, waar hij directeur was en Jarig de administratie deed, ter beschikking aan de redactie. Met Willem Koornstra en Jan Pieters als mede-redactieleden was de eerste uitgave van It Sweltsje al snel een feit.

Beide laatstgenoemden vertrokken na enige tijd, maar gelukkig was de vaardigheid als stukjesschrijver van hoofdbezorger Hielke Bruggenkamp al gebleken. Ali Schreur bracht als nieuw redactielid een zeer welkome kwaliteit in, zij was werkzaam bij de notaris en kon goed met de typemachine overweg. Kees en Marie Bergsma werden na verloop van enige jaren de vaste inbinders. Zo ontstond een soort familiebedrijf, want Lenie Bruggenkamp kwam de zaak versterken en Jarig nam zijn vrouw Jellie mee naar de gezellige redactie- bijeenkomsten. Met steevast een borrel als weer een Sweltsje was gemaakt.

Hiermee was de basis gelegd voor een zeer stabiele en al die tijd geruisloos functionerende redactie. Ieder jaar tien nummers van It Sweltsje. Om het toenmalige gemeentebestuur te bewegen om in Koudum en sporthal te bouwen, kwam er in 1981 een extra themanummer uit. Adverteerders waren altijd voldoende te vinden. Zwarte bladzijden heeft It Sweltsje dan ook nauwelijks gekend in 30 jaar, wel een keer een witte. De redactie maakte die bewust, omdat een bepaalde, hier niet bij naam te noemen afdeling van de vereniging, voor de zoveelste maal de kopij niet op tijd had ingeleverd.

Jarig Tjoelker is al een tijdje met pensioen, maar It Sweltsje wordt nog altijd gemaakt op apparatuur van de school. Tegenwoordig gevestigd in M.F.A. De Swel, die gebouwd is in de Dobbe waar ooit de Oeverzwaluwen hun broedplaats hadden. Kan het toepasselijker? Jarig en Jellie Tjoelker hebben het werk altijd met veel plezier gedaan, maar vinden dat het nu tijd is voor andere zaken. Ze hopen ondermeer wat vaker op reis te kunnen gaan.